Buiten aparte berekeningen kunt ook de miswijzing op de kaart intekenen, genaamd een MN-lijn (Magnetisch Noorden). Vaak een rode lijn, wegens het feit dat een grid vaak zwarte lijnen heeft.
Voor het tekenen wordt voor de richting van de MN-lijn bij oostelijke miswijzing het aantal graden van de miswijzing ingesteld, bij westelijke miswijzing 360 graden minus de grootte van de miswijzing.
Je kunt de correctie met de naald doen door deze op de miswijzing te richten i.p.v het magnetische noorden. Dan kun je de richtingshoek meten zoals je gewend bent (je referentie is dus gewooon anders). Bij een westelijke miswijzing praten we over bijvoorbeeld -20. De naald moet dan naar 360-20=240 graden wijzen.
Twee nadelen
1. foutgevoelig omdat je de naald meestal anders gebruikt
2. het is moeilijk op de graad nauwkeurig te werken.
Deze methode heeft niet mijn voorkeur.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten